Mikos,
Synchroon wil zeggen dat de gaskleppen van de carbs zodanig gelijk staan, dat ze een gelijk vacuum trekken. En daarmee de daarbij behorende hoeveelheid brandstof betrekken uit de vlotterkamer. Bij stationair gaat dat via de statiosproeier, in hogere toeren via de gasnaald en daarna de hoofdsproeier. Beide cylinders presteren even goed en de motor loopt soepel en is krachtig.
Als de gaskleppen niet synchroon staan, betekent dit dat één van de carbs bij iedere toerental minder brandstof betrekt dan de ander. Daarom loopt de motor ook onregelmatiger omdat één van de cylinders minder presteert. Vaak gaat het verbruik iets omhoog omdat de berijder meer gas moet geven om een prettig prestatieniveau te krijgen.
Klepspeling bepaald hoe lang een klep open staat om mengsel aan te zuigen. Zet je de inlaatklepspeling van beide cylinders opzettelijk net iets anders, dan kan dat hetzelfde effect hebben. Namelijk, één cylinder krijgt meer mengsel doordat die kleppen net wat langer openstaan en er meer mengsel in de cylinder kan komen. Daarmee is er een prestatieverschil tussen de cylinders. Andersom, je kunt dus bij simpel kleppen stellen, het synchroon verstoren als er onderlinge verschillen zitten in de inlaatklepspeling.
Als er ooit aan het synchroon is gewerkt en daarna het statioluchtmengsel opnieuw is afgesteld (maar dat weet je bij een gebruikte motor niet), dan zal het luchtmengsel ook niet meer synchroon staan omdat met synchroon zetten van de gaskleppen, je het vacuum in de carb bij stationair weer hebt verstoord.
Maar, als je de kleppen stelt, synchroon afsteld en daarna ook het statio luchtmengsel, dan heb je een nieuw ijkpunt en weet je dat de motor zo dicht mogelijk bij de fabrieksafstelling staat.
Brom